Zelfbewustwording van de manager

Het aansturen van mensen is de belangrijkste taak van de manager.
Daarmee draait de organisatie op een goede manier, is iedereen actief bezig op de werkvloer en worden prestaties van (wereld)formaat geleverd.

Als we de leidinggevende manager nader bezien moet hij of zij wel bestaan uit een complexe eenheid van ingewikkelde factoren.

Leiding geven is geven en nemen. Leiding geven is openstaan voor ideeën van anderen, het correct gebruiken daarvan en het (onbewust) aansturen van mensen om ze tot hoge(re) prestaties te leiden.

Daarmee is inlevingsvermogen en het begrijpen van mensen een belangrijke factor. De manager moet begrijpen, handelen, aansturen en een mensenmanager zijn.

Maar hoe leer je een manager een mensenmanager te zijn of worden. Hoe confronteer je de manager met zijn (on)mogelijkheden. Hoe confronteer je de manager met zijn (niet juiste) benadering en interpretatie van diegenen aan wie hij leiding geeft.

De enige manier om dat te doen is de manager te confronteren met zichzelf. Laat de manager in de spiegel van zijn eigen kunde kijken om hem te laten zien wie hij is.

Wij geven die spiegel. Wij houden de manager de spiegel voor om hem te laten zien wie hij in werkelijkheid is en wat hij kan.

Dat dat in vele gevallen de spiegel van Sneeuwwitje is en dat de manager niet de beste manager van het land is moge duidelijk zijn.

Maar wij kunnen de handvatten aanreiken om de manager door de giftige appel te laten bijten zonder dat het afloopt als bij Sneeuwwitje. Geen afgrond maar een nieuw begin.

Hoe doen we het.

Hoe houden wij de manager de spiegel voor? Hoe confronteren wij hem of haar met zichzelf. We zetten het paard in als spiegel.

Paarden zijn bij uitstek geschikt voor het weergeven van de stemming en houding van de mensen die zich in de omgeving van het paard bevinden. Een paard kent drie interesses. Vluchten, eten en voortplanten. En anders dan bij de mens ook nog in die volgorde.

Het paard is een prooidier en het is daarom begrijpelijk dat het paard altijd wil kunnen vluchten. Daarom scant een paard altijd wat er zich buiten de kudde afspeelt. Het paard scant ook zijn kuddegenoten. Kan ik met dit paard vluchten of zal het mij beletten of moeilijk maken weg te komen uit een gevaarlijke situatie.

We zetten de manager in de bak met het paard. Het paard zal de manager scannen en zijn werkelijke houding en bedoelingen zien. Het paard ziet zijn bakgenoot als kuddegenoot en moet met hem kunnen vluchten. Op dit moment laat het paard zien hoe zijn kuddegenoot manager denkt, voelt en vaak handelt.

Die confrontatie geeft de manager een zelfbeeld. In bijna alle gevallen reageert het paard op verschillende mensen op een heel andere manier. De manager herkent en erkent zichzelf en vindt zich opnieuw uit.

Vaak zien we een mens opnieuw geboren worden in de bijzijn van onze trainingspaarden.

MBDH.TRAINING heeft meerdere paarden ter beschikking voor diverse situaties en personen.